De verhoging van het minimum interprofessioneel loon (SMI) blijft onopgelost na de tweede bijeenkomst vanochtend door de Ministerie van Arbeid, vakbonden en werkgevers. De vakbonden blijven pleiten voor een “bevredigend” akkoord, rekening houdend met de voorwaarden die zij op tafel hebben gelegd, namelijk niets anders dan het verhogen van de SMI naar 1.200 euro, zodat deze zich aanpast aan de stijging van de kosten van levensonderhoud. De werkgeversorganisatie van haar kant maakte haar voorstel bekend: het minimumloon blijft op 1.112 euro.
Tijdens de eerste bijeenkomst op 30 november was er geen consensus, hoewel de vakbonden hopen dat er voor het einde van het jaar een akkoord komt. Opnieuw zijn de onderhandelingen niet tot een succesvol einde gekomen, gezien het meningsverschil tussen de actoren aan de tafel van de sociale dialoog.
En kort voor het begin van deze bijeenkomst verzekerde Mari Cruz Vicente, secretaris van Vakbondsactie en Werkgelegenheid van de Arbeiderscommissies (CCOO), dat “we wachten op een voorstel van de regering dat ons in staat zal stellen standpunten tussen iedereen en Om een deal te sluiten”. Iets dat al is bereikt.
Yolanda Díaz van haar kant is optimistisch over de volgende bijeenkomst en wijst erop dat “er ruimte is voor overeenstemming.” Tijdens de vergadering, die nog niet is gepland, moeten ze de verhoging van het minimumloon voor volgend jaar 2024 achterwege laten, wanneer het nieuwe bedrag al zou moeten zijn vastgesteld. De poging tot overeenstemming blijft echter bestaan stand-by nadat het voorstel van de minister van Arbeid was gedaan om het met 4% te verhogen.
Het Ministerie van Arbeid stelt een verhoging van de SMI met 4% voor
Het Ministerie van Arbeid heeft het op tafel gelegd voorstel om het interprofessioneel minimumloon te verhogen. Hiermee wordt het bedrag met 4% verhoogd, waardoor de SMI in 14 betalingen op 1.123 euro komt. We mogen niet vergeten dat dit bedrag vandaag 1.080 euro bedraagt. De maatregel van Díaz is niet dezelfde als wat de vakbonden voorstellen, maar komt er wel dichtbij.
Wat de werkgeversorganisatie betreft: zij blijven deze voorstellen niet steunen en blijven vasthouden aan hun voorstel, dat de stijging op 3% schat, en beweren dat Labour geen rekening heeft gehouden met hun beweringen die betrekking hadden op de aftrek van sociale premies in de landbouw of in de sector. het vergroten van de overheidsaanbestedingen.
Yolanda Díaz, minister van Arbeid en Sociale Economie, maakte een paar dagen geleden al bekend dat zij een overeenkomst “haalbaar” acht die dit Interprofessioneel Minimumloon tussen de 1.112 euro en 1.200 euro zou plaatsen. Dit blijft onopgelost en we zullen moeten wachten op een nieuwe bijeenkomst.
Wat de werkgevers vragen om de verhoging van het Interprofessioneel Minimumloon te ondersteunen
De werkgeversorganisatie CEOE Cepyme heeft het aanbod van het Ministerie van Arbeid om het minimumloon te verhogen naar 4% afgewezen, omdat er geen rekening is gehouden met de twee voorwaarden die tijdens deze bijeenkomst naar voren zijn gebracht. De eerste van hen, aftrek van sociale bijdragen voor de landbouwsector en de tweede, stijging van de overheidsopdrachten om deze stijging van de SMI te compenseren.
Het antwoord van het kabinet is dat aan de onderhandelingstafel juist over de salarisverhoging wordt gedebatteerd, maar niet over de andere aspecten die de werkgeversorganisatie wil meenemen.