De Arbeidsinspectie verwijt Yolanda Díaz: ze verdienen minder, ook al is de Hoge Raad het met hen eens

Nieuws

De Werkinspectie Het is de instantie die verantwoordelijk is voor het waarborgen van de naleving van wettelijke en regelgevende normen op de werkplek, evenals van de regelgevende inhoud van collectieve overeenkomsten. Hun werk is essentieel om veilige werkomgevingen en naleving van de arbeidsrechten van alle werknemers te garanderen. Maar precies, zoals hun vakbond aan de kaak heeft gesteld, zijn ze dat wel zelf slachtoffer zijn van een onregelmatigheid met hun salarissen.

De Unie van Arbeids- en Sociale Zekerheidsinspecteurs heeft dat via haar Twitter-account gedaan verweet Yolanda Díaz dat de inspecteurs van niveau 26 nog steeds minder verdienen dan die van niveau 27, terwijl de functies die zij uitoefenen precies dezelfde zijn. Daarom vragen ze de minister om “iets fundamenteels”: “gelijk werk, gelijk salaris.”

Toch is dit iets waar volgens de inspecteurs zelf niet aan wordt voldaan, ondanks dat Er is een uitspraak van de Hoge Raad die hun recht erkent op dezelfde beloning als degenen op niveau 27. Wat de vakbond dus aan de kaak stelt, is dat het Ministerie van Arbeid de andere kant op kijkt en zich niet houdt aan wat wettelijk bepaald is.

Uitspraak van het Hooggerechtshof

De Unie van Arbeids- en Sociale Zekerheidsinspecteurs verwijst naar de uitspraak van de Controversiële-Administratieve Kamer van het Hooggerechtshof 1493/2022 van 15 november 2022, waarin het recht van een ambtenaar van niveau 26 werd erkend om dezelfde beloning te innen als die van 27, omdat ze precies dezelfde functies vervulden en dezelfde verantwoordelijkheden hadden.

Vanwege dit verschil in behandeling heeft de werknemer een aanvraag ingediend vraag naar fundamenteel recht op gelijkheid binnen de publieke dienstverlening (artikelen 14 en 23 Grondwet) wanneer er sprake is van verschillende behandeling voor in wezen identieke situaties, “een verschillende behandeling die niet beantwoordt aan enig redelijk en proportioneel criterium”, zoals te lezen is in de uitspraak.

Om deze reden verzocht hij, naast de gelijke behandeling, om erkenning van hem “niveau 27 vanaf de datum waarop hij zijn baan in bezit nam (van de functie) voor de overeenkomstige doeleinden en voor alle andere gevolgen die in de toekomst zouden kunnen voortvloeien”; het recht om “de diensttijd in de genoemde functie te laten meetellen voor de consolidatie van persoonlijke rang 27”; en het recht om “dezelfde beloning te ontvangen als die overeenkomt met de functies van arbeids- en socialezekerheidsinspecteur op niveau 27 als bestemming en specifieke aanvulling vanaf de datum van inbezitname, met wettelijke rente.”

In die zin herinnerde het Hooggerechtshof er vervolgens aan dat er al geconsolideerde jurisprudentie bestond over de uitoefening door arbeids- en socialezekerheidsinspecteurs van functies met niveau 26 volgens de lijst van banen, maar waarvan de bevoegdheden en verantwoordelijkheden identiek waren aan die welke worden uitgeoefend in functies die niveau 27 toegekend. Daarin, aangevuld met andere straffen van andere ambtenarenorganen, wordt vastgelegd dat op grond van het beginsel van gelijke beloning: “De ambtenaar in die situatie moet het verschil krijgen tussen de voordelen die voortvloeien uit de functie die hij of zij vervult en die welke zijn toegewezen aan de functie op een hoger niveau.”

Maar in dit geval moet het ook gezien worden Als het nodig zou zijn om naast de economische effecten ook de administratieve effecten die verband houden met de professionele carrière te onderkennen, om te weten of deze in aanmerking worden genomen om dat hogere niveau vanaf het moment van aantreden te erkennen met de daaruit voortvloeiende gevolgen van niveauconsolidatie. In dit verband legt het Hooggerechtshof uit dat “de graad wordt verkregen door het uitoefenen van een functie met het overeenkomstige niveau dat toegankelijk is via de gewone vormen van dienstverlening (artikel 70.2 van Koninklijk Besluit 364/1995)” maar dat wordt verwacht dat , “indien tijdens deze prestatie het niveau van de functie wordt gewijzigd, wordt de tijd berekend op het hoogste niveau (artikel 70.4) en indien een positie wordt verkregen met een niveau hoger dan de rang in het consolidatieproces, wordt die tijd berekend om te consolideren het niveau (artikel 70.5).

In deze zin concludeerden zij, voor de doeleinden van artikel 93.1 van de Wet tot regeling van de bestuursrechtsbevoegdheid, dat “De uitvoering van een baan die in werkelijkheid de functies en het op zich nemen van verantwoordelijkheden van posities met een hoger niveau omvat en die dus voor economische doeleinden wordt aangegeven, moet ook worden meegeteld voor de doeleinden van rangconsolidatie.””. Om deze reden gingen zij akkoord met de ambtenaar, die de rang kon consolideren en dezelfde beloning kon ontvangen.